Media assets 4 Gerst

De belangrijkste vijanden van gerst

De bladluis, drager van de dwergvergelingsziekte (Rhopalosiphum padi)

Hoe te herkennen?

Deze bladluis is 1,5 à 2 mm groot, donkergroen gekleurd met een roodbruine zone op het achterlijf.

Les dégâts

C’est le principal vecteur du virus BYDV, responsable de la jaunisse nanisante de l'orge (JNO) : à la sortie de l’hiver, décoloration des extrémités des feuilles (jaunissement pour l’orge, rougissement pour le blé et l’avoine). Les dégâts sont particulièrement sensibles en cas d’année humide : il y a alors mauvaise nutrition des épis et chute du rendement et de la qualité (nombre de grains/épi faible).

Profylactische maatregelen

Respecteer de waarschuwingen en de behandelingsdrempels. De behandelingsdrempel tegen bladluizen is bereikt als 10% van de planten bladluizen dragen. Zaai niet te vroeg

Engelse graanluis (Sitobion avenae)

Hoe te herkennen?

Deze bladluis is 2 à 3 mm groot, met een lichtgroene tot donkerbruine kleur.

De schade

Het is de belangrijkste vijand van granen in de lente. In grote getale, kan hij voor een vermindering van het aantal granen per aar zorgen. Roetdauw ontwikkelt zich door de afgifte van honingdauw. Hij is eveneens drager van de dwergvergelingsziekte wanneer hij in de herfst voorkomt.

Profylactische maatregelen

Respecteer de waarschuwingen en de behandelingsdrempels. Zaai niet te vroeg

Rozenkorrelluis (Metopolophium dirhodum)

Hoe te herkennen?

Hij is ongeveer 2 mm groot, groen-geel gekleurd.

De schade

Deze bladluis ontwikkelt zich vooral op de onderkant van de bladeren. In geval van grote kolonies, vertaalt de aangerichte schade zich in een vermindering van de opbrengst en een verminderde graankwaliteit bij de oogst. Het is echter de minst schadelijke bladluis Hij is eveneens verspreider van het gerstgele dwergvirus, dat leidt tot dwergvergelingsziekte in gerst.

Profylactische maatregelen

Wees extra waakzaam bij het opmerken van verdikkingen. Respecteer de waarschuwingen en de behandelingsdrempels Zaai niet te vroeg

Oranje gerstgalmug (Sitodiplosis mosellana)

Hoe te herkennen?

Ei: 1 mm, wit

Larve: 2-3 mm, geel-oranje

Volwassen: 2-3 mm, geel-oranje, bruinige poten

De schade

De larven voeden zich ten koste van het graan. Het graan komt tot rijping, maar de grootte ervan alsook de kwaliteit ervan zijn sterk verminderd (vermindering van het gewicht per duizend granen alsook een verminderde kiemkracht). Een aanval van gemiddeld 15 larven per tarweaar kan de oogst met 4 q/ha doen verminderen.

Profylactische maatregelen

Een verhoogde waakzaamheid tussen het stadium van de aarvorming en de bloei is aangewezen. Alleen behandelen wanneer er galmuggen op het perceel aanwezig zijn en wanneer ze klaar zijn om hun eieren te leggen.