In het najaar van 2019 is Syngenta, samen met machinefabrikant Lemken, de bodem- en gewasscan van CNH, en meststoffenleverancier ICL in samenwerking met Inagro, gestart met het 20 ton wintertarwe project. We delen graag met jullie de stand van zaken over deze afgelopen 3 jaar.
Het doel van het project is de opbrengst en rendement van de wintertarwe te optimaliseren door middel van:
Samenbrengen van alle aspecten van de teelt:
i. Bodemgezondheid en bodemkwaliteit
a. Meten is weten, anticiperen op variabelen
i. Grondbewerking en zaai
a. Exact, precies en met een zo laag mogelijke input
i. Rassenkeuze en zaaidichtheid
a. Nieuwste rassen met de juiste genetica, teelttechniek en ziekteresistenties
i. Bemesting
a. Meststoffen gebruiken die de N-efficiëntie verbeteren en plaats specifiek toepassen
i. Zaaizaadontsmetting en gewasbescherming
a. Juiste product op de juiste plaats, op het juiste tijdstip en juiste dosis
Samenbrengen van expertise, via alle partners; ieder op hun onderdeel
De ambitie van het project is 20 ton tarwe. Een nu naar het lijkt onmogelijke opbrengst die naar verwachting nog ver van ons verwijderd is. Uiteindelijk is dit wel de stip op de horizon om de teelt en het teeltrendement voldoende in de benen te houden. Ook zien we de noodzaak om meer tonnen te oogsten, zodat onze klanten wereldwijd de wereld kunnen blijven voeden.
De rode leidraad voor het project is duurzame productie en alle activiteiten worden hierop uitgevoerd.
Binnen dit project wordt natuurlijk de belangrijkste schakel niet vergeten, namelijk de landbouwer zelf! Alle activiteiten die worden uitgevoerd en de tools moeten zeer praktisch zijn voor de telers en het werk vereenvoudigen. Daarom wordt de theorie bij 2 landbouwers (1 in Vlaanderen, 1 in Wallonië) in de praktijk gebracht op hun velden. Hun ervaringen worden meegenomen in de analyse van de resultaten.
In het najaar van 2020 werden al een eerste keer onze ervaringen gedeeld. Nu willen we graag de ervaringen van het 20 ton wintertarwe project van de afgelopen 2 jaar delen. Opmerkelijk bij deze 2 jaren is het grote verschil in groeiomstandigheden (waarmee rekening dient worden gehouden tijdens de productie):
2021: extreem nat met soms veel regen op korte periode, zeker in juni en augustus;
2022: juist omgekeerd: goede lenteomstandigheden, maar nadien extreem droog en warm.
Op de weersomstandigheden hebben we (gelukkig) geen vat.
Toch kunnen we de landbouwer een aantal ervaringen meegeven van deze 2 jaren.
2021
1. Hoge opbrengsten (>10 ton gemiddeld over heel perceel), maar een zeer grote variatie in perceel van 8 ton - 12ton (Vlaanderen). Zie foto 1. Een belangrijke verklaring hiervoor is de bodemgezondheid; beter gezegd het gehalte aan organisch materiaal. Foto 2 hebben we de bodemanalyse (EC waarden) met hierop (plaats specifiek bemonsterd) het organisch materiaal weergegeven met de vierkantjes. De donkergroene vierkantjes (links) geven het dubbel gehalte aan organisch materiaal aan vergeleken met rechts de roze/rode vierkantjes. De verwachting dan ook is dat dit organisch materiaal een surplus aan stikstof heeft gegeven in het natte seizoen 2021 wat boven op de wettelijk aangescherpte norm goed uitkwam.
2. Zaaidichtheid: onder de Belgische omstandigheden heeft een te hoge zaaidichtheid (>400 korrels/m²) geen toegevoegde waarde. Wij vermelden dat dit onder goede zaaiomstandigheden en gecertificeerd zaaizaad geldt.
3. Extreme weersomstandigheden hebben een grote invloed op het teeltresultaat van de wintertarwe. Hierop volgend is onder andere groeiregulatie op het juiste tijdstip en gebaseerd op de legeringsgevoeligheid van het ras cruciaal. Op 1 perceel hadden we zeer zware legering. Een zeer hoog opbrengstpotentieel gekoppeld aan zware regenval op een korte periode was hiervan de oorzaak.
2022:
1. Voor het eerst werd hybride tarwe uitgetest en vergeleken met conventionele variëteit. De zaaidichtheid lag 20% lager, maar algemeen kunnen we stellen dat het aantal aren bij de oogst gelijk was.
2. Bodemstructuur is zeer belangrijk, door de moeilijke oogstomstandigheden van de voorteelt op de helft van het perceel werd de opbrengst met zeker 1 ton gehypotikeerd.
3. Variabel zaaien, op basis van de bodemscan toont wel degelijk potentieel. Bij een zaai, begin november, werd met 250 korrels/m² gezaaid op de iets lichtere zones tot en met 350 korrels per m² op de zwaardere zones. Risico’s zijn op deze manier te managen zonder naar een hogere dosering zaad te gaan.
4. Variabel bemesten, bij de laatste fractie (2e knoop), waar 10% meer stikstof werd toegepast op de “groenere” tarwe om zo het gewas met de hoogste potentie te “voeden”, lijkt perspectiefvol. Een meeropbrengst van 500 kg was het resultaat ten opzichte van het meer voeden van de mindere plekken. De gedachtegang is dat bij een mindere plek een andere factor de beperkende- is en niet de N-bemesting.
5. Gewas scans en dronebeelden zijn zeer nuttige en ook betaalbare tools om variatie in het gewas tijdens het groeiseizoen in kaart te brengen en op basis van deze gegevens bemesting en gewasbescherming te gaan sturen. Door te investeren in metingen in het tarwegewas kan de extrapolatie plaatsvinden naar andere gewassen in het bouwplan om daar nog meer rendement uit de metingen te halen.
Algemeen besluit over de 3 jaar van het project:
Er is heel wat ondersteuning voorhanden om de landbouwers te helpen om het maximum uit hun perceel te halen, maar weersomstandigheden, bodemkwaliteit en teeltkennis vormen de basis van het uiteindelijk resultaat in de praktijk. Het complete plaatje moet kloppen en het is maar weer eens gebleken dat telen vakmanschap is. Dit vakmanschap verstaat de boer en kunnen we van buitenaf niet opleggen. Wel kunnen we handvaten bieden voor elke teler om er op zijn/haar niveau en/of interessegebied mee aan de slag te gaan.
Toekomst van het project.
Door de ervaringen van de afgelopen 3 jaar, wil Syngenta, samen met de andere partners, meer inzetten in het produceren van rendabele tarwe in lijn met de europese richtlijn van de Farm to Fork strategie 2030. De grote vraag is of we in België nog op een rendabele wijze kwalitatief en genoeg voedsel kunnen produceren in 2030. Syngenta wil blijven investeren in de begeleiding van de Belgische telers om op een duurzame en rendabele manier voedsel te produceren.
Hierbij mogen precisielandbouw, beslissingsondersteunende technieken en inzet van milieuvriendelijke middelen niet ontbreken. Vast staat dat onze landbouw er in 2030 anders zal uitzien, en daarin wil Syngenta met haar partners een belangrijke rol spelen.
Voor meer informatie kunt u steeds contact nemen met Edward Vander Linden, coördinator van het project, edward.vander_linden@syngenta.com
20ton project in 2022
Syngenta bundelt met partners als Lemken, ICL, CNH en Inagro kennis en expertise binnen het 20 ton wintertarwe project. Het doel is om de graanopbrengst duurzaam te verhogen door precisielandbouw, smart farming en agronomische kennis te combineren met expertise binnen genetica en gewasbescherming. Op twee proeflocaties in Ittre en Ooike worden variabel zaaien en bemesten getest voor optimale groei en opbrengst.
Bij Syngenta streven we naar duurzame landbouw. Het 20 ton wintertarwe project is een concrete stap om deze ambitie
Willen we op termijn 20 ton tarwe halen dan is de start heel belangrijk. Naast een gepaste grondbewerking is ook de zaaitechniek van groot belang. Zo heeft Lemken te Ittre niet kerend gewerkt met een Karat voorzien van smalle beitels. Te Ooike werd de Juwel 8V isobusploeg ingezet. Voor het inzaaien werd een VarioPack in de fronthef gecombineerd